Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 3787, pagina 274

Geef een samenvatting van deze transcriptie

Transcriptie

[1] ONtfangen een Missive van den Resident van Assendelft , geschreven te Brussel den aght en twintighsten dezer loopende maanst, houdende advertentie MAAR op geen resolutie ls gevallen.
[2] ONtfangen een Missive van den Heere Hop, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé aan het Hof van sijne Majesteyt den Koningh van Groot-Brittannien, geschreven te Hanover den drie en twintighsten dezer loopende maandt, houdende advertentie. WAAR op geen rTesolutie is gevallen.
[3] ONtfangen een Missive van den Heere van Hoey, haar Hoogh Mogende Ambassadeur aan het Hof van sijne Majesteyt den Koningh van Vranckryck, geschreven te Parys den vyf en twintighhen dezer loopende maandt, houdende advertentie. WAAR op geen resolutie is gevallen.
[4] ONtfangen een Missive van den Resident Rumpf, geschreven te Warschauw den vyftienden deser loopende maandt, geaddresseert aan den Griffier Fagel, houdende advertentie. IN NWARAR Xp geen resolutie is gevallen.
[5] ONtfangen een Missive van den Resident Coymans, geschreven te Koppenhage den twee en twintighsten dezer loopende maandt , houdende advertentie WAAR op geen resolutie 15 gevallen.
[6] ONtfangen een Missive van den Lieutenant-Generaal van Husfel, geschreven te Swolle den ses en twintighsten deser loopende maandt, houdende antwoordt op haar Hoogh Mogende Resolutie van den negenden daar te vooren, en verzoeckende om sijn hoogen ouderdom en swackheydt gedispenseert te werden van het Campement, als geheel en al buyten staat zynde om den dienst te kunnen waarnemen. WAAR op gedelibereert zynde, is goedtgevonden ende verstaan , dat Copie van de voorschreve Missive gestelt zal werden in handen van de Heeren van Randtwyck, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de militaire zaaken, om met ende nevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raadt van Staate, by haar EB. zelfs te nomineeren, te visiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
[7] ONtfangen een Missive van den Resident Coymans , geschreven te Koppenhage den twee en twintighsten dezer loopende maanut, geaddresseert aan den Griffier Fagel, hebbende tot bylage een Antwoordt aan hem uyt de Cancelierye gesonden op sijne pro Memoria , over de afdoeninge van de praetensien wegens aangehouden, opgebraghte Schepen en Goederen, volgens het vierde Articul van de Convenue. WAAR op gedelibereert zynde, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Hollandt ende WettVrieslandt de voorschreve Missive en Bylage copielijck overgenomen , om in den haaren breeder gecommuniceert te werden.
[8] ONtfangen een Missive van Jonckeren, Huvelingen, Eygenerfden ende Volmachten van de Ommelanden in de ses Onderquartioren van Marensterdeel , Half-Amseradeel, Duyswestera seel, Oosteradeel , Oostlangewosde en Vreedewolsteradeel, geschreven te Groningen den negentienden deser loopende maandt, houdende der zelver bericht op een Missive aan haar Hoogh Mogende geschreven , op den naam van Jonckeren, Hovelingen , Eygenerfden en Volmachten, der drie Onderquartieren van Ooster-Amsterdeel , Hoogelandtsteradeel ende Langewolsterdeel, waar by de zelve geklaaght hebben over een Resolutie den ses en twintighsten April laatstleden genomen, tegen den Heere van Lintelo van Stedum, wegens zeeckere indecente expressien in de Vergaderinge van de Ommelanden gebruyckt. WAAR op gedelibereert zijnde, is goedtgevonden ende verstaan, dat Copie van de voorschreve Missive gestelt zal werden in handen van de Heeren Torck, ende andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, om te visiteeren, examineeren, ende van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
[9] 18 ter Vergaderinge gelesen de Requeste van Bailliuw, Burgermeester en Scheepenen van Hulster Ambacht, houdende, dat op den veertienden dezer loopende maandt zijnde geconvoceert de Notablen van den zelven Lande, omme te beramen de zettinge over den Oeghst en loopenden jaare seventien hondert twee en dertigh, alsdoen was bevonden dat de voordeelen van dezen loo penden jaare afgetrocken zijnde van de nadeelen of lasten , midtsdien te kort zoude komen een somme van twee duysent twee hondert taghtigh ponden vyftien schellingen elf grooren Vlaamsch; dat de zelve Notablen tot recouvre van dien wel hadden geaccordeert te betaalen de somme van dertien stuyvers per gemeth, bedragende over de twee duysent vier gemeeten drie en taghtigh en cen halve rycksdaalder, daar onder begreepen den Willem Hendricks Polders, groot negen hondert twaalf gemeeten, eene somme van twee hondert ses en twintigh ponden aght ichellingen vyf grooten Vlaamsch, blyckende uyt het Extract uyt het Refolutieboeck van den Lande van Hulster Ambacht, nevens de voorschreve Requeste gevoeght; verzoeckende dat haar Hoogh Mogende aan haar Supplianten gelieven te verleenen permissie ende Octroy, omme voor dezen loopenden jaare seventien hondert twee en dertigh, volgens de voorschreve ramingen, te mogen doen innen ende ontfangen wegens de zittinge voor den voorschreven Ambaghte dertien stuyvers per gemeth, ende daar van te verleenen Acte in Jorma, WAAR op gedelibereert zynde, is gordtgevonden ende verstaan, dat Copie van de voorschreve Requeste gesonden sal werden aan den Raadt van Staate, om der selver advis daar op aan haar Hoogh Mogende te laten toekomen.
[10] S ter Vergaderinge gelesen de Requeste van de Regenten des Dorps van Sleensel, Quartier van Kempelandt , Meyerye van 's Hertogenbosch, houdende, dat de Sup plianten wlgens Octroye aan haar verleent, van Hertogh Jan, als Hertogh van Lottharingen, van Brabandt , &c. in dato den tienden Maart dertien hondert negen en veertigh, altydt waaren geweest in een onwederspreeckelijcke possessie van haaren Aart en Vroentens; dat sy zedert eenige jaaren herwaarts, en wel principalijck ten dezen tyde daar van wierden ontrust , door het nabuurigh Dorp van Veldthoven, die met kracht en geweldt, in weerwil der Suppliaten, haare Weyde niet alleen gantich en geheel te niet maaken, maar oock op een geweldige wyze met duyzenden Karren Turf uyt haare Gebroecktens weghaalden ; dat het zelve streckte tot ruine van het gemelde arme Dorpken van Steensel; verzoeckende dat haar Hoogh Mogende den Raadt en Rentmeester der Domainen, ofte den Quartierschout van Kempelandt, gelieven te ordonneeren, de Supplianten by haar wel verkreegen Kaarten en Privilegien van Hertogh Jan van Brabandt in dato den tienden Maart dertien hondert negen en veertigh, te maintineeren, die van Velthoven te gelasten, uyt haare Vroentens te blyven, ende beneffens dien haar te condemneeren in alle kosten, schaden en interessen, die sy door het onbehoorlijck Torven, en weghvoeren van Weyden, niet tegenstaande alle wettige protestatien en calanges hebben veroorzaakt. WAAR op gedelibereert zynde, is goedtgevonden en verstaan, dat Copie van de voorschreve Requeste gesonden sal werden aan den Raadt van Staate, om der selver advis daar op aan haar Hoogh Mogende te laten toekomen.