No. 314
Heden zeven en twintig April negentienhonderd een en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Nicolaas Garos, ijzerwerker geboren en
wonende alhier, oud twee en twintig jaren
meerderjarige zoon van Nicolaas Garos
oerd vier en veertig jaren, - ijzerwerker
en Cornelia Johanna Thomds, oud vier en
veertig jaren, zonder beroep, beiden wonen
de alhier en
Johanna Hendrika Maria Steen
zonder beroep, geboren en wonende alhier
oud negentien jaren, minderjarige doch,
ter van Christiaan Steen, oud vijftig
jaren, is spoorwegarbeider wonende al„
hier en Klazina Maria Steffens overleden,
De onders des bruidegoms en de vader der
bruid verklaarden, voor mij tegenwoordig
toe te stemmen in dezen echt.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den zes„
tienden dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Evert Marten Thomas,
som des echtgenoots, zonder beroep, oud acht en
vijftig jaren en Jacobus van der Aa venter, oud
zes en veertig jaren, beiden wonende alhier.
No. 315
Heden zeven en twintig April ne
en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Jan Willem Kraan veemarbeider,
boren en wonende alhier, oud een en der
tig jaren, meerderjarige zoon van Jan
Willem Kraan, overleden en Trijntje
Klesman, zonder beroep, wonende alhier
en
Maria Cathrina Schetter zonder be
roep, geboren en wonende alhier oud acht
tien jaren, minderjarige dochter van Ma
chiel scheffer oud drie en vijftig jaren
opperman, wonende alhier en Johanna
Magdalena Klesman, overleden De vader
der bruid verklaarde, voor mij tegenwoor
dig toe te stemmen in dezen echt
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den Zestien
den dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden
Als getuigen waren tegenwoordig: Gerrit Kraan, broeder Zes
echtgenoots, chauffeur oud vijf en dertig jaren
en Frederik Willem Raave werkman oud drie
en zestig jaren, beiden wonende alhier
NGarosJr. EnThomos
J. H: M. Steen.
J Van der Aa
N: Garos.
Brieeee
C J Thamas
DLeer
G Kroeden
W Jnan
Abescheffer
F W Raarl
M Schyfen
Brevee