No. 3

Heden vijf Januari negentienhonderd een en twintig

zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een

huwelijk aan te gaak:)

Johannes Timman, scheepsschilder, geboren

en wonende alhier, oud negen en dertig jaren, meer„

derjarige niet erkende natuurlijke zoon van Maria

Henrietta Timman, overleden, en

Elisabeth Snel, zonder beroep, geboren en

wonende alhier, oud negen en dertig jaren meerder„

jarige dochter van Putjer Snel en Sara Al„

bertina de Ruijter, beiden overleden.

De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den vijf en

twintigsten December laatstleden.

Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en

getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat

verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam

der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden

Als getuigen waren tegenwoordig: Johannes David Timman

oom des echtgenoots knecht bij de invoerrechten

en accijnzen oud zes en vijftig jaren en Johannes

Petrus Bosje, cafehouder, oud een en zestig

jaren, beiden wonende alhier. De echtgenoote ver„

klaarde niet te kunnen naamteekenen, als hebbende

geen schrijven geleerd.

Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.

No. 4

Heden vijf Januari

tig

zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde ee

huwelijk aan te gaan:O

Jacobus Henrichs, meubelmaker geboren en wy

nende alhier, oud twee en twintig jaren, meerder„

jarige zoon van Johan Wilhelm Henrichs, oud

acht en vijftig jaren meubelmaker wonende

alhier, en Kriejette Johanna Maria Steffens,

overleden en

Geertruida Moes, zonder beroep, geboren en wo

nende alhier, oud twintig jaren minderjarige

dochter van Dirk Antonius Moes, oud zeven

en vijftig jaren, grondwerker, en Petje van der

Vlag, oud zes en vijftig jaren, zonder beroep,

belden wonende alhier. De vader des bruidegams

en de ouders der bruid verklaarden, voor mij tegen„

woordig, toe te stemmen in dezen echt

De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhierden vijf en

twintigsten December laatstleden.

Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en

getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat

verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam

der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden

als getuigen waren tegenwoordig: Johan Wilhelm Henrichs

broeder des echtgenoots koopman, oud negen en

twintig jaren, en Albertus Moes, broeder der

echtgenoote handelsreiziger, oud zeven en twin„

tig jaren, beiden wonende alhier. De ouders der

echtgenoote verklaarden niet te kunnen naamteekenen

als hebbende geen schrijven geleerd.

A Tunman

J Simmman.

J K Boose

N1

1

JHenrilh

J. Henricht

A Moir

G Moes

N1

J: W. Henrichs

Dn