No. 65
Heden negentien September negentienhonderd vijf en dertig,
verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Amsterdam, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Hotstede, Bernardus Johannes,
cankoleur bij de gemeente-elechin¬
tersswerken, geboren en wonende
alhier, oud zevenenveertig jaren.
weduwnaar van: Botter, Jan„
netje, meerderjarige zoon van:
Hotstede, Johann Bernard
Albert, in Kok, Maria Wilhel¬
mina Antonia Jacoba, beiden overleden, en
Suuring, Johanna Antonia,
zonder beroep, geboren en wonende
alhier, oud vierenveertig jaren
van echt gescheiden echtgenoote
van: Klabbendam, Cornelis
meerderjarige dochter van-
Puuring, Tehrus en Mulders¬
Antonia Catharina, beiden
zonder beroep en wonende te Viel
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier
Bruidegom en bruid verklaarden mij, elkander aan te nemen tot echtgenooten en ge
trouwelijk alle plichten te zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat zijn
verbonden.
Daarop heb ik, in naam der wet, verklaard, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn
verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig Hofstede, Johann
Marinus Bernard Albert, broe¬
der des bruidegoms, zonder be¬
roep, oud vijf en vijftig jaren
wonende te Putten en Nade¬
maker, Jan, zwager der bind¬
smid, oud eenenvijftig jaren
wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
No. 66
Echtscheiding
uitgesproken bbij
vorms der Recht-
bank te 's. Graven.
Lage van 20 Augustu
1948, ingeschreven
te Amsterdam, hede
17 September 1948
J Memde
Heden negentien September negentienhonderd vijf en dertig,
verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Amsterdam, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
van der Plaats, Hermanus Jacobus,
winkelier, geboren en wonende
alhier, oud drieentwintig jaren,
meerderjarige zoon von: van der
Plaats, Hermanus Jacobus, oud
zesenveertig jaren, handelsterziger en
en Rozijn, Catharina Hendrika
oud zesenveertig jaren, zonder beroep,
beiden wonende b Scherpenzeel, en
Sit, Maria, zonder beroep.
geboren en wonende alhier.
oud negentien jalen, minder
jarige dochter van Sit, Abra
ham, oud vijftig jaren.
in de Jong, Jansje, oud veer
tig jaren, beiden zonder
beroep en wonende alhier Beider
ouders verklaarden mij loestem
ming tot dit huwelijk te geven.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier
Bruidegom en bruid verklaarden mij, elkander aan te nemen tot echtgenooten en ge
trouwelijk alle plichten te zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat zijn
verbonden.
Daarop heb ik, in naam der wet, verklaard, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn
verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: van der Plaats
Jacobus, oom des bruidegoms
zonder beroep, oud drie en vijftig
jaren, wonende alhier. en
Pit, Jan, oom der bruid,
timmerman, oud tweeenvijftig
jaren, wonende te Rotterdam
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Stoptier
B:LHoftedel
J Radtemeen
(J.d. Suurirg
WMMaalerug
C: H. Rozesn
W: van der Haalt
O, Iit.
J. de Jong.
IV
J van der Plaats
JMaalinun
Cande koet
J: G. TA