No. 435

Heden vier en twintig Juni negentienhonderd vijftien

zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een

huwelijk aan te gaan:

Boudewijn Herderschee, kantoor be

diende, geboren en wonende alhier oudzes

en twintig jaren, meerderjarige zoon van

Dirk Herderschee, smid, en Catharina

Maria Jozina Meulendijk, oud zes envijftig

jaren zonder beroep, beiden wonende alhier, en

Jacoba Overmeijer, zonder beroep, geboren

en wonende alhier, oud vijf entwintig jaren

meerderjarige dochter van Hermanus Over

meijer, overleden, en Anna Maria Müller,

oudzes envijftig jaren. —zonder beroep, wonende

alhier. De beide moeders verklaarden, voor

mij tegenwoordig, toe testemmen in dezen echt

De vader des bruidegoms heeft, blijkens hierbij

overgelegde authenlieke akte, in dezen echt toege

stemd

De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den twaalf

den dezer

Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en

getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat

verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam

der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.

Als getuigen waren tegenwoordig: Carl Andreas Müller

oom der echtgenoote, zonder beroep, oud acht

envijftig jaren, en Florus Hendrik DavidKop,

boekhouder, oud vier enzestig jaren, wonende

beiden alhier

Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.

No. 436

Heden dertig Juni negentienhonderd vijftien

zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een

huwelijk aan te gaan:

Johannes Ruig, melkbezorger, geboren

en wonende alhier, oud vijfentwintig jaren,

meerderjarige zoon van Adrianus Rug

oud zevenenvijftig jaren, — melkslijter,

en Elisabeth Maria Pouw, oud vyf en

vijftig jaren, zonder beroep, beiden wo„

„nende alhier, en

Johanna de Keuzer, zonder beroep

geboren in de gemeente Utrecht, wonende

alhier, oud drie en twintig jaren, meer„

„derjarige dochter van Dirk de Keijzer,

overleden, en Anna Jacoba Vollewens,

oud drie en vijftig jaren, zonder beroep,

wonende in de gemeente Utrecht. De ouders

des bruidegoms en de moeder derbruid ver„

„klaarden, voor mij tegenwoordig, toe te

stemmen in dezen echt.

De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den negen„

„tienden dezer. Brundegom en bruid

verklaarden bij deze te erkennen, de eerste

met toestemming der tweede, een kind ge„

„naamd Adrianus de Keijzer, alhier

geboren op zevenentwintig April negen-

„tienhonderd vijftien.

Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en

getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat

verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam

der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.

Als getuigen waren tegenwoordig: Frans Wettig, kellner, oud

zestig jaren en Melchior Solkert Beuken, zon

„der beroep, oud eenenzeventig jaren, beiden

wonende alhier.

De moeder der echtgenoote verklaarde, niet te

kunnen naamteekenen, als hebbende geen

schrijven geleerd;

Waarvan akte, welke overeenkomstig de

BHbardoeschee

CA miller

AHDkop

J. Overmeijer

C MJ Meulenllijk

A M Miller

0

Ruig.

1:e Wettig

J. de Keijzer

M F Beuken

VaWaterd

A Burye

E M Pouw