No. 141
Heden drie Ahril negentienhonderd negen en twintig,
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Pieter Wijga werkman, geboren
in de gemeente Harlingen, wonende alĀ¬
hier oud twee en zestig jaren, weduwwaar
van Helena Maria Korthoven meer,
derjarige zoon van Cornelis Wijga en
Johanna Geertruida Harmina de
Graaf, beiden overleden, en
Maria Elisabeth Olivier
zonder beroep, geboren en wonende alhier
oud een en vijftig jaren meerderjarige
dochter van Pieter Olivier en
Maria Alida Adriana Dupker
beiden overleden.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhierendrie en
twintigsten Maart laatstleden
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en ge-
trouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat ver-
bonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der
wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig Pieter Olivier bankverĀ¬
ker, oud drie en vijftig jaren, wonende in
de gemeente Nijmegen en Karel Lodewyk
Olwier, zonder beroep, oud vijftig jaren
wonende alhier beiden broeder der echt
genoote
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.-
No. 142
W 27
Heden drie April negentienhonderd negen en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Hendricus Wilhelmus Antonius Steen,
tegelzetter, geboren en wonende alhier, oud twee en
twintig jaren, meerderjarige zoon van
Christiaan steen, ovdacht en vijftig
jaren, zonder beroep wonende alhier en
Klazina Maria Steffens overleden, en
Wilhelmina Christina Kanters
zonder beroep geboren en wonende alhier
oud twee en twintig jaren meerderjarige
dochter van Adrianus Kanters oud
twee en zestig jaren, en Anna Maria
Bruijn, oud vijf en vijftig jaren
beiden zonder beroep en wonende alhier
De vader des bruidegoms en de ouders
der bruid verklaarden voor mij tegen
woordig toe te stemmen in dezen echt
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhierden drie en
twintigsten Maart laatstleden
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en ge-
trouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat ver-
bonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam den
wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig Jacob Schnobel, zwager des
echtgenoots monteur oudacht en twintig
jaren, en Willem Johannes Kanters beoede
der echtgenoote, veersnijder oud zes entwintig
jaren, beiden wonende alhier
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
J. Olivien
P. Wijga
van soest
C. L Hlurey
M. t Oluur
A M bruyx
HWA
Sleen
8
van soest
W. E Kauters
J. Schnabel.
O Deen Hein
W.J. Kanbert
A Kanters