Blader door transcripties » Zeeuws Archief

archiefnummer 13.2, inventarisnummer 1299, pagina 490

Geef een samenvatting van deze transcriptie

Transcriptie

nadat het kapitaal schriftelyk zal zijn opgeeischt
of bij vrywillige aflossing schriftelyk zal zyn
opgezegd, komende in beide gevallen de kosten
ten laste van den schuldenaar, die zich verder
verbindt om van voorschreven hoofdsom zoolang
en voor zooveel, die niet zal zyn afgelost eene
rente te betalen tegen vier en een half ten hon„
derd in het jaar, ingegaan den eersten Maart
achttien honderd drie en tachtig en te voldoen
jaarlyks op den eersten Maart. —
—
Alle welke betalingen zoo van hoofdsom als
renten steeds zullen moeten geschieden in grooe
zilveren of gouden Nederlandsche muntspecien
zonder eenige korting naar den koers van den dag
waarop eenige betaling plaats grypt ten woonhuize
van de schuldeischeress of haar regtverkrygende.
Tot zekerheid en waarborg der teruggaaf van
voorschreven kapitaal en van de betaling der renten
verklaarde de comparant schuldenaar ten be
hoeve van de schuldeischeres als eerste hypotheek
te verhunden de volgende onroerende goederen,
te weten:—
Een hafsteedje staande en liggende in de gemeen
te Vrouwepolder bij het kadaster bekend in zec
tie C nummer 295 bouwland een heetare
zestien
aren tachtig centiaren
16 80
nummer 381 huis en erf drie aren tien
centiaren —
03
10
en nummer 382 huis schuur en erf zeven
aren veertig centiaren
07
70
Zamen groot een hechare zeven en twin
tig aren dertig centiaren
27 30
welke onroerende goederen door Maria Jean.
ville, met wie de schuldenaar is gehuwd onder de
tegenwoordige wetgeving in algeheele gemeenschap
van goederen, zin verkregen bij acte van scheiding
verleden voor mij notaris en getuigen te Mid
delburg den vierden January achttien honderd
vyf en zeventig geregistreerd overgeschreven ten kan
tore van hypotheken te Middelburg den zestien
den January achttien honderd vyf en zeventig in deel
drie honderd negentig nummer negen en vijftig
weede en laatste blad
SjJJ Can
Verklarende de schuldenaar dat de verbonden on
roerende goederen niet zyn bezwaard met eenige
hypothecaire of andere verbanden
Voorts verklaarden de comparanten dat omtrent.
deze geldleening zijn gemaakt de volgende voor
waarden en bepalingen, tot nakoming waarvan
de schuldenaar zich uitdrukkelyk verklaart te
verbinden:—
ten Eerste, dat de schuldenaar geen regt zal heb
ben de verbonden onroerende goederen zonder
schriftelyke toeste
ring van de schuldeischeres
van aard of bestemming te veranderen of met
erfdienstbaarheden te bezwaren, noch geheel of
gedeeltelyk te verhuren of in vruchtgebruik, ge
bruik of bewoning te geven, terwijl bij verkuring
geen vooruitbetaling van huurpenningen zal
mogen geschieden, alles op straffe van nietig
heid. —
ten Tweede, dat de schuldenaar verpligt zal
zyn de verbonden gebouwen voor zine rekening
bij eene Nederlandsche maatschappy voor brand
schade te doen verzekeren of verzekerd te houden,
de polis daarvan aan de schuldeischeres of haar
regtverkrygende ter hand te stellen en tevens door
aarlyksche vertooning der kwitantie van de voort„
during dier verzekering te doen blyken, verklaren
de hij verder de schuldeischeres of haar regtver.
krygende te magtigen om zich bij onverhoopte
randschade, de gelden, die daarvoor zullen wor
den uitgekeerd te doen betalen en deswegens de
noodige aanteekening te doen verrigten.
ten Derde, dat bij gebieke van behoorlyke voldoe
ning van hoofdsom en rente in voege voorschre
ven of van stipte nakoming van eenige andere
der bij deze acte gestelde voodwaarden de schulde
scheres of haar regtverkrygende onherroepelyk met
de magt van substitutie zal zyn gemagtigd
om overeenkomstig artikel twaalf honderd drie
en twintig Burgerlyk wetboek de verbonden on
roerende goederen in het openbaar te doen ver
koopen, het verkochte aan de koopers te leveren
en over te dragen, de kooppenningen te ontvangen