Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 3793, pagina 328

Geef een samenvatting van deze transcriptie

Transcriptie

[1] ONtfangen een Misfive van den Resident Rumpf, geschreeven te Warschauw den eersten deeser loopende maand, houdende advertentie. OO WAAR op geen resolutie is gevallen,
[2] ONtfangen een Missive van den Heere Rumpf, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé aan het Hof van sijne Majesteyt den Koningh van Sweeden, geschreeven te Stockholm den derden deefer loopende maand, geaddresseert aan den Griffier Fagel, houdende advertentie. AAR op geen resolutie is gevallen.
[4] ONtfangen een Missive van den Consul Hudson , geschreeven te Tunis den vierden der voorleede maand, houdende advertentie. WAAR op geen resolutie is gevallen.
[5] ONtfangen een Missive van den Heere Hop, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé aan het Hof van sijne Majesteyt den Koningh van GrootBrittannien, geschreeven te Londen den seeventienden dee zer loopende maand, houdende advertentie. AAE op geen resolutie is gevallen.
[6] IS ter Vergaderinge geleesen de Requeste van Jan Francois Baron d'Eyschen, en C. A. van Harzheim, eghte Lieden, houdende dat haar Hoogh Mogende na het ingekoomen Advis van 's Lands Advocaaten op der Supplianten Requeste om evocatie, by Resolutie van den tweeden Augusty laatstleeden hadden gelieven goed te vinden en te verstaan, dat Copie van der Supplianten voorschreeve Requeste soude werden gesonden aan het Hof te Venlo, om der selver beright daar op aan haar Hoogh Mogende te laaten toekoomen , houdende inmiddels alles in state, dat de Supplianten op den neegenden September daar aan volgende hadden versoght, dat haar Hoogh Mogende aan het voorschreeve Hof geliefden te ordonneeren, om binnen nogh seekeren korten bepaalden tyd aan haar Hoogh Mogende conform de voorschreeve Resolutie te berighten, of andersins op der Supplianten voorschreeve Requeste te disponeeren, soo als souden oordeelen te behooren, en dat haar Hoogh Mogende, het selve beright ingekoomen zynde , oock niet geliefden te disponeeren, ten sy de Supplianten daar op souden weesen gehoord; dat haar Hoogh Mogende by Resolutie van den selven datum daar op hadden gelieven goed te vinden ende te verstaan, dat het voor z Hof soude werden aangeschreeven en gelast, der selver beright op der Supplianten voorschreeve Requeste, gerequireert by haar Hoogh Mogende Resolutie van den tweeden Augusty alsnogh ten spoedighsten aan haar Hoogh Mogende te laaten toekomen ; dogh dat het eghter tot nogh toer aan het gemelde Hof niet hadde gelieft daar aan te voldoen, schoon de vacantie van het voorschreeve Hof bereyds in het laatst van September was geëxpireert, en het selve Hof om andere saacken na gewoonte hadde geseeten; versoeckende de Supplianten derhalwen dat haar Hoogh Mogende op haare voorschreeve eerste Requeste gelieven te disponeeren, soo als sullen oordeelen re behooren. WAAR op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verstaan , dat het Hof in het Overquartier van Gelderland, resideerende te Venlo, sal werden nangeschreeven en gelast, soo als gelast werd mits deesen, der selver beright op der Supplianten Requeste gerequireert by haar Ho. Mog. Resolutie van den tweeden Augusty laastleeden, alsnogh ten spoedighsten aan haar Hoogh Mogende te laaten toekomen, en uytterlijck binnen den tyd van veertien daagen na receptie deefes.
[7] ONtfangen een Missive van het Hes van het Overquartier van Gelderland, Ressort van haar Hoogh Mogende , resideerende te Venlo, geschreeven aldaar den tienden deeser loopende maand; houdende, dat zy hadden geoordeelt van haar plight te weesen, aan haar Hoogh Mogende neevens de voorschreeve Missive copielijck over te senden onder de letter A. een Requeste aan het gemelde Hof gepresenteett door de Scheepenen der Stad en Hoofdgerighte Eght, Roosteren en Maasbracht, in den Ampte van Monfort, waar by te kennen geeven, dat op den vyf en twintighsten Augusty laastleeden aan hun door den Scholtus aldaar was voorgebraght de Missive of Ordre neevens de voorschreeve Requeste gevoeght, zynde deselve door een Boode aan de Scheepenen van Roosteren en Maasbracht toegesonden, dat dewyl de Supplianten daar in hadden bevonden , dat de Heeren van de RKoninghlijke Pruyssische Commissie tot Gelder daar by bekend maackten, dat sy Supplianten den Drossaard vander Heyden voor geen Drossaard meer souden erkennen, en niet wisten of de voorschreeve Commissions Heeren eenige jurisdictie over haar waaren hebbende, deselve versoghten, dat het gemelde Hof by Ordonnantie soude gelieven te verklaaren, hoe sy Supplianten sigh hier omtrent souden gedraagen ; houdende verders een omstandigh beright op wat wyse door het gemelde Hof hier in was geprocedeert, relatief tot de Bylaage neevens de voorschreeve Missive gevoeght , waar uyt resulteerden twee consideratien, eerstelijcl over de restitutie van den Drossaard van Montfort, en ten anderen het gedaane exploict en de gevolgen van dien; versoekende het gemelde Hof haar Hoogh Mogende Resolutie waar na sy hun in het voorsz geval sullen hebben te reguleren. WAAR op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verstaan, dat aan het gemelde Hof zal werden gerescribeert, dat zy in de voorschreeve zaacke sullen voort procedeeren, soo als in goede justitie tot maintien van yeders reght, ende in het bysonder van de souverainiteyt van haar Hoogh Mogende over de Heerlijckheyt van Montfort, sullen oordeelen te behooren.
[8] ONtfangen een Missive van de Bewindbebberen van de generaale geoctroyeerde Westindische Compagnie ter Kaamer van Amsterdam, geschreeven aldaar den elfden deeser loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Resolutie van den aghtsten der voorleede maand September, der zelver besight en consideratien op de Memorien van den Heer Marquis de St. Gil, Ambassadeur van Spagne, ende het daar by gevoeghde Antwoord van den Hter de la Quadra, op de Memorien van den Heer Ambassadeur vander Meer, en van desselfs Secretaris , concerneerende de klaghten van de Ingeseetenen van den Staat, over het neemen van haare Schecepen door de Spagnaarden in de Westindiën; en houdende te gelijck klaghten over den handel en feytelijckheeden van die van Curacao tegen de Landen en Onderdaanen van sijne Majesteyt van Spagne. WAAR op gedelibereert zynde, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provintien van Holland en Westvriesland, de voorschreeve Missive copielijck overgenoomen, om in den haaren breeder gecommupiceert te werden. En is dien onvermindert goedgevonden en verstaan, dat Copie van de voorschreeve Missive gesteld sal werden in handen van de Heeren van Hasselt, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de saacken van de Westindische Compagnie, om te visiteeren, examineeren, ende van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.DE nn aanweesenden Heere Gedeputeerde wan de Provincie van Overyssel , heeft ter Vergaderinge voorgedraagen, dat de Heeren Staaten van hooghgemelde Provintie geresolveert hebbende binnen de Stad Swolle te laaten bouwen een Provinciaal Tughthuys, daar toe noodigh hadden een quantiteyt Benthemer Steen, volgens een Lyste daar by overgegeeven, over welckers leeverantie gecontracteert hadden ; verzoekende dat haar Hoogh Mogende een Pas. port tot den vryen invoer van de voorsz Steenen gelieven te verleenen. WAAR op gedelibereert zynde , is goedgevonden ende verstaan, dav een Pasport in behoorlijcke forma sal werden gedepecheert, ten eynde de Bentheymer Steen, in de voorsz Lyste gespecificeert , uyt het Graafschap Bentheim na Swolle en Deventer sal moogen werden ingebraght, vry en sonder betaalinge van 's Lands geregtigheyt.
[9] IS ter Vergaderinge geleesen de Requestevan Jacobus Sluyter, Predikant tot Waterland in Vlaanderen, en desselfs Huysvrouw Johanna de Mey; houdende dat sy Supplianten gaarne by uytterste Wille souden disponeeren over haare Goederen in Vlaanderen, niet excedeerende twintigh gemeeten, met uytsluytinge van de Weeskameren; verzoeckende ten dien eynde haar Hoogh Mog. Octroy in forma. WAAR op gedelibereert zynde; is goedgevonden enverstaan, dat ten behoeve van de Suppliantem Octroy in behoorlijcke forma sal werden gedepescheert, om van haare Goederen in Vlaanderen geleegen, by uytterste Wille te moogen disponeeren, met seclusie van de Weeskaamer , mits betaalende de Reghten daar toe staande.