Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5075, inventarisnummer 12871, pagina 300

Geef een samenvatting van deze transcriptie

Transcriptie

Op den Neegenden November
des1 Jaars seeventie hondert seeven en sestig des naa¬
demiddags ten vier uuren Compareerden voor mij
Hermanus van Heel Notaris te Amstel¬
dam bij den Hove van Holland geadmitteert in præe¬
seutie van de naagenoemde getuijgen
9 Nootuse
Mejufvrouwen Anna Schutten
en Catharina Schutten zynde beide
bejaard en ongehuwd, woonende binnen deeze
stad op de Leidsegragt tusschen de Heere en Kei¬
sersgragten, mij Notaris bekend, beide gezond
paarlieder verstand, uitspraak en Linnen mag
tig en tot het passeeren deeses in staat.
te kennen geevende, dat zij Comparanten
op heeden ten overstaan van mij Notaris en ge¬
tuijgen hebbende gepasseert een testament behel
sende een dispositie van de eerststervende der
comparanten over desselvs nalatenschap, de
langstleevende van haarlieden als nu insgelijks
geneegen weesende over des langstleevendens nala¬
tenschap bij uitterste willens dispositie te
voorsien, de langstleevende der comparanten ten
dien einde verklaarde haar testament te maaken
op de navolgende wijse
Eerstelijk en voor af verklaarde de langstlee¬
vende der comparanten of testatricen te herroe¬
pen en vernietigen zodanige testamenten en
andere actens Kracht van uitterste wil hebbende
dewelke een dispositie van de comparanten beide¬
naa des langstleevendens afsterven of van de
langstleevende alleen behelsende, door de Compa¬
ranten beiden of een afsonderlijk voor deesen moe¬
ten zijn gepasseert begeerende, dat geen derselver
eenige kracht zullen hebben
Ende langstleevende des testatrices dan nu¬
bij deesen overgaande en op nieuws koomende
ter dispositie, verklaarde de langstleevende
der testaticen te legateeren aan de volgende, als
G
aan Jufvrouw Johanna Elisabeth Knip¬
penburg, die bij de testatricen inwoond, zijnde
een nicht van de testatricen, een somma van
settien duizend guldens capitaal aan obligatien ten
comptoire deser stad, door de Executeurs ^ te despicieeren
aan Jufvrouw Theodora Jacoba Cremer
woonende te zulkhen, twee dlzend guldens
aan Jufvrouw Maria Elisabeth Cremer mede
woonende te zulphen, insgelijks twee kunzend guldens
aan den Heer Capitein Jan Hubert van
den Reuvel en bij zijn vooroverlijden aan zijn
tegenwoordige huisvrouw drie duizend guldens.
aan haar testatricen nicht Jufvrouw Elizabeth
Bonjo L huisvrouw van de Hr. Jan Appels