Transkripte durchsuchen » Suchergebnisse

Copia
D„ Erntfeste, achtbare, wel wijse, voor„
Porsia
aen den E Heer Francois de Haese
directeur van 's Comps treffelijcken Handel
en verdre affaires in t' selve Coninckrijck
zedert den 30. ' meert dat wij laast aan u EE schreven is ons geen nader gelegentheijt voorgecomen, als nu, en aan
„gesien den voorsz brieff uE E wel is geworden, soo senden daer van nu geen copien, den 16. 'n october passado is —
ons, met het jacht de maijboom en 2 dagen daer aan met het scheepie van polpotneijck uijt mascaste, wel geworden
UEE heer aangename brieven van 19. en april 6. ' julij en 19. en september, met alle desselfs bijlagen die wij soo veel
noodig eerstelijcken cort sullen beantwoorden, en daar na een verhaal doen, hoe sig de saeken sedert onsen jongsten sijnd
de
van 30:en maart voornoemt, hier hebben toegedragen, op de brieven van 19:en april en 6e julij vereijst geen sonderlinge t om„
wederschrijvens, als een verhaal, zijnde vande saken die daar gepasseert en u E. E. ter kennisse gecomen waren ert
voor welke wi gederatle den verdere papieren hebben alen copeeren, en teende sel woorde dat wij op uEE. og
spoedich te Lande voortgesouden, alle de afschriften met een snedigh vaartuijgh te water na souratta en oocq cortof
daer na mede na cochin, soo dat wij aande goede bestellinge niet en twijffelen, naderhand hebben wij advijs uijt
souratta beoomen dat de voorsz novos daer bevorens wel aangebracht waren,
de redenen die u E E hebben gemoveert desijde daar te houden hebben wij gelesen en bevonden gewichtigh te sijn, gelijck
in 't vervolgh sal werden geseght;
met den hasenberg, meer man, en rijsendeson is ons in 'teijnde vand' maent maart ter ordre van haar Ed. e h: a. van battavia
toegecomen 4000 kisten koper om hier te verhandelen, dogh om dat wij van tijt tot tijt van suasij en sijne subalter
ministers hier veele overlasten en smaatheden moeten lijden, en sij door haare groote gelt sucht comp. s handel
van tijt tot tijt meer becommende, soo en conden wij in 't eerst niet goet vinden het voorsz cooper te lossen
maar na dat den regent deser landen soo uijt name van siuasij als van sijnent wegen ons een bondigh.
verseeker schrift had ter hard gestelt, met stercke belofte van ons in geenderhande maniere inde commercie
tebeletten, ofte te becommeren en te verhoeden dat ons geen meer overlasten in aanstaande zouden werden
aangedaan, soo is daar op t' voorsz. coper gelogt, maar na dat de laeste souratse schepen 18e. maij hier gepasseert
waren, sloegen sij 200 kisten coper aan, die wij bij cleene partijkens hadden laten opvoeren, en lieten
ons daer en boven uijt name van sinasij expresselijk. verbieden, op seen sware straffe en boete een pondt
coper meer te vercoopen, of op te voeren, soo dat wij noch met ruijm 27 hondert kisten buijten eenige weijnige
ander Coopmansz hier bleven sitten, sij belooffden tus het aan gehaalde coper te laten voldoen, hoewel daar noch
niet op is gevolgt, in die tijden was het best ons stil te houden, en aff te wachten wat daar op zoude volgen, naar
verloop van ontrent vier maenden begonden sij toe te leggen om Comp. s coopman polpotneijck te vangen,
en alles aff te neemen wat hij hadde, soo dat genootzaakt is geworden den 13en: 7ber met gantsche familie
onder het moorse gebiet van Candewaar te vlugten, gelijck geschiet sij, desen vogel haar ontsnapt
zijnde, begonden sij middelen in twerck te stellen om op d=e comp. e te herhalen wat sij meenden aan
polpot verlooren te hebben, eijsschende voor reek. e van sinasij al het coper dat noch bij de logie was
begerende genoeg met gewelt dat wij het haar tot den prijs van souratta zouden Leveren, en sinasij—
heeft den 29. e aug. o aan t opperhooft Leser gesz, indien wij het coper, nu en in aanstaande aan hem met
en willen leveren dat wij van hier sullen hebben te vertrecken, alsoo de francen hem om dese plaats hadden
versoght, en die hij haar souden geven, en twelck ons onmogelijck was te doen om verscheijde en gewichtige redenen
insonderheijn om dat het haar anders scheen aan testaan, als tot den prijs die sij voor de 200 gerooffde kisten hadden
betaalt, dat niet was, soo dat de saken niet anders scheenen aangelecht te sijn, als om ons met gewelt daer van
te ontroven, in dese ongelegenheijt misten wij ons met listen behelpen om tijt uijt te winnen, dat wij ons vande
voorsz. goederen met Comp s schepen conden ontlasten, hebbende onder tusschen allerwegen advijs gegeven van
ons becommenlijcke toestaet, en van cochin en ceijlon versoght om de vereijste middelen tot onser ontlastinge
van Ceijlon con ons tselve soo vroegh niet toecomen en van batt. a kregen wij niet omdat onse advijsen daar toe
te veel tijt vereijsten cochin (soo sij seijden) hadden niet, soo dat wij voor die sijn moesten: patienteeren, doen ans
nu d'meijboom als vooren gesegt den 16e. deses van u E E toequam meest wanenden, soo was dat de —
eerste en bequaamste middel om ons te helpen, naar dat wij dan de vracht goederen en provisien gelost en
tschip van drinck water versien hadden, begonden wij daer in te laden coper, twelk ons dese regenten begonden
te beletten, eerst niet daar op arrest te doen, en daar na alle onse dienaers gevangen te neemen, en aan een
ijder strickt verboden ons te dienen, geen vaartuijgen te geven, de riviere te stoppen, met het sincken van
vaartuijgen, en veele andere gewelden, soo dat het tot den 29. n 9b. r pass. o aanliep eer wij tschip geladen hadden
en naar dat wij versekert waren, datter geen gevaar van de portugesen was te vresen, lieten wij 't voorsz jacht
daer mede na coudewaar verseijlen, mede voerende 1000 kisten Coper 6 packen canneel 6 sockels foelije ende 114 stx speault
alwaar het sanderdaags aanquam en in 1½ etmael teenemaal gelast wiert, maar soo als het voorsz. jacht in 't weder
herwaarts comen bij cabo de ramo gecomen was, heeft het ontmoet 4. kloucke engelse schepen onder tgesach van
eenen m. r jafer, die het selve aangelast verovert en voor eerst voor condewaar gebracht hebben, en waar van
de particulariteijten sijn vervak in een briefken (welkers copie hier nevens gaal) door den asst hendrick
wrasius den 3. e deses aan ons gesz, in voegen dat het reets seekerlijck met onsen engelant oorlogh is, den 7.: n snaerts soo ons
het brieffken toequam hebben wij terstont, met vier sneedige lopers onder belofte van extraord. s belooninge dese tijdinge
na de custe en 2 expresse na souratta laten voortgaan, gesen oock geschiet is van caudewaar na Cochin, wij hoopen en
wenschen seer dat d E op de custe cormandel eenige macht sal bij een hebben/ om noch op de engelsen eenige vergeldinge
daer te connen doen, hoewel de portugesen haar seer stil houden, soo en mogen wij haar evenwel niet vertrouwen
want hoewel haar macht cleen is, en sij dit mousson uijt portugael geen secours apparent meer hebben te verwachten
soo schijnen sij evenwel op haar luijmen te leggen, het scheepie vanden coopman polpotneijck dat uijt mascatta —
hier aangecomen, en na caudewaar verseijlt is hebben de portugesen daar vande reede soo het ten ancker lagh
aangetast, met alles watter in was en in goa opgebracht,
ƒ 3309: 1:8:= maer de fruijtagie sen Cappers sijn tot ons leetwesven nu na 3 jaren soo sde erte geweest dat bij toverenrogen
niet waardich sijn, sulcx wij in toecomende die liever niet sullen eijsschen
de kleeden tot een prouve van hier geeijst sullen wij uijt coude waar trachten te voldoen, en daer toe reets last is gegeven
hiermede u E Es aangename brieven beantwoordt zijnde, sullen wij toetreden tot een cort verhaal, wat sedert
omtrent de portugesen is voor gevallen, en oocq wat uijt slach d'saeken met de francen op kinquenemale hebben
gehadt, d'portugesen hebben den 30e. augo. in god behouden uijt portugael gecregen 2 schepen een groot galioen
gen. t Nose sigra d'adjude ophebbende 24. stucken en een cravel voerende 10 stucken de welke tesamen
uijt gebracht hebben, 970 mannen daer van sijn op mocambique gebleven 125. coppen 113 sijnder op de reijse
gestorven, veele zijn in 'tsieken huijs naderhandt overleden, en geen cleijn, getal wegh geloopen, dese schepen
sijn den 12:e: maart jonghstleden uijt portugael geseijlt, sij brachten wel tijdinge van een onderhandelinge
van lique met vranckrijck en engelandt, maer geen seekerheijt van oorloch, sij hebben mede gebracht
veele ammonitie van oorloge, goede quantiteijt wijn, papier en taback, en weijnich exmeral des dogh geen
comptanten altoos, het 3. e schip dat met haar in compte uijt geloopen is, was genaamt S. t pedro uijter
maten groot en schoon, daar op een arts bisschop en beladen met sulcke goederen als d'andere maer tselve
heeft ontrent d'cabo debodo esperance een swaren storm belopen, sijn groote mast verlooren en ander ronthout
soo datmen niet seeker weet, off het sal gebleven dan off het wederste rugh of naar brasil gekeert is, immers
is het in goa tot noch tot niet vernomen, in 't begin van octob. r hebben sij een kleijn scheepie naar portugael
geretourneert gen t. Bon Jesus de Trindade beladen met
partije ebbenhout
zal peter
peper en andere goederen van weijnich waardije,
het schip nosse sig=ra d'adjude geven sij voor in januarij aanstaande mede derwaarts te sullen senden, een scheepie
sieninge, en seer bescheijdene heer,
tot gamron
390
i
ser
is