Transkripte durchsuchen » Suchergebnisse

Led der Provinciale Staten van Noord Hol„
land en Procureur bij de Arrondissements
Rechtbank te Haarlem in aldaar woonach„
tig, als door den genoemden Heer Kantonrech
ter bij diens procesverbaal van ontzegeling krach
tens Artikel 67½ van het Wetboek van Burgerlyke Recht
vordering benoemd om ten deze te vertegenwoordigen
ten eerste den Heer Hendrik Meyer, Sergeant by het
Oost Indiesche Leger en zich bevindende in Nederlandsch
Oost Indié en ten tweede Mejuffrouw Anna Maria
Lucia Meyer in den Heer Albert Gerbers Schrok
te legrafist echtelieden onder de tegenwoordige wetgeving
in wettelyks gemeenschap van goederen gehuwd zich
bevindende en Nederlandsch Oost Indie.
en ten vierde van Mejuffouw Maria van der Valk
voornoemd, als moeder en voogdesse over de zeven by
haar door haren overleden echtgenoot in huwelyk ver
wekte minderjarige kinderen genaamd Annetta
Lecia Meyer- Victor Johannes Antonius Pe„
trus Meyer - Johann Diederich Meyer. Wil
helm Frederik Meyer- Abraham Meyer Hen
rietta Gerardina Stephania Meyer en Louisa
Theodora Meyer ten dezs bigestaan door den Hoog
Welgeboren Heer Jonkheer Moses Salvador zon
der beroep en hed van den Gemeenteraad van Haarlem
wonende in de Barteljorisstragt te Haarlem als
door den Heer erflater by diens bovengemeld testa
ment benoemd tot raadsman van zyne Weduwe ge„
melde Mejuffrouw Maria van der Valk, ten deze
verschynende ingevolge Artikel 401 van het Bur„
gerlyk Wetboek
Zynde Mejuffrouw Maria van der Valk
Weduwe van den Heer erflater uit krachte van het
testament van den Heer erflater voor een vierde ge„
deelte en Mejuffrouw Wilhelmina Frede„
rika Meyer, de Juffrouwe Comparante ten
tweede, de Heer Hendrik Meyer en Mijuf-
frouw Anna Maria Lucca Meyer, vertegen
=woordigd door den Heer Comparant ten derde ende
minderjarigen Annetta Lucia Meyer- Vie
tor Johannes Antonius Petrus Meyer- Jo
hann Diederich Meier- Wilhelm Fiede„
rik Meyer- Abraham Meyer Henrietta
Gerardina Stephania Meyer en Louisashuo
dora Meyjer, nertegenwoordige door de Jufe
frouwe Comparante ten vierde, als de eenige
kinderen van den Heer erflater by zyne nagelate
ne Weduwe de Juffrouwe Comparante ten eerste
en huwelijk verwekt uit krachte der wet ieder
voor een tiende gedeelte in drie vierde gedeelte„
of drie veertigste gedeelten, bekwaam om zich
te gedragen als de eenige erfgenamen van den
Heer erflater, vermits hy geene meerdere kinderen
of afkomelingen van vooroverledene kind of
kinderen heeft nagelaten.
In tegenwoordigheid
an den Heer Gerrit Meyer, boekhouder, wonende
te Arnchem in hoedanigheid van toezienden voogd
over de bovengemelde minderjarige kinderen van
den Heer erflater, als zoodanig benoemd door den
Heer Kantonrechter te Haarlem blykens diens
procesverbaal van den achtsten September acht„
tien honderd drie en zeventig geregistreerd.
De opgave en aanwyzing zal geschieden door
neer gemelde Mejuffrouw Maria van der Valk
Weduwe van den Heer erflater, die door den Heer Kani
tonrechter voornoemd tot bewaardster der zegels
op bovengemelde gemeenschap van goederen en na
latenschap gelegd, is benoemd geweest
De waardering van al hetgeen daaraan onder
worpen is, zal geschieden, voorzooverre het Hueis.
raad de meubelen en inboedel, gemaakt goud en
zilverwerk en zoovoorts betreft door den Heer
Charles Louis Sarlet beëedigd Makelaar, wo
nende te Haarlem en wat de winkelgoederen
en verdere koopman schappen aangaat door
Mejuffrouw Maria Wilhelmina Christina
van Reurth, winkelierster, wonende te Breda, die
taartoe, aangezien er verschil van gevoelen tusschen
de belanghebbenden over het benoemen van schatters
bestond, zyn benoemd door den Heer Kantonrechte„r
te Haarlem terwijl Mejuffrouw Maria Wil
helmina Christina van Reuth als zoodanig is
beëedigd alles blykens procesverbaal van ontzegeling
van den dertigsten Desember achttien honderd
drie en zeventig.
En hebben de Comparanten in hunne onderscheeidene
betrekkingen, de schatters, de Heer Kantonrechter
voornoemd en diens Griffier de WelEdelgestrenge

halve Cent.
ƒ25002. 71
Hetgeen haar uit de gemeenschap van goederen en uit de
nalatenschap van den Heer erflater te zamen toekomt, be„
draagt eene som van zestien duizend vier honderd zes en de
tig gulden vier en negentig cent
16431
94
Zoo wordt aan haar te veel aanbedeeld de som van acht
duizend vyf honderd vyf en zestig gulden zeven en
zeventig en een halve Cent
ƒ8563, 77½
Waarvoor de Comparante ten eerste echter de verplichting op zich
neemt om de vorderingen van diverse personen welke de boedel
nog verschuldigd is, alsmede de begrafeniskosten van den Heer
erflater te voldoen, onverminderd nogtans om aan de mede deelge
rechtigden uittekeeren hetgeen haar na aftrek van al het voren„
staande nog te veel is aanbedeeld.
Aan Mejuffrouw Wilhelmina Frederika Meyer, de
Juffrouwe Comparante ten tweede, in voldoening van het
aan haar toekomende ter somma van negen honderd twee en zes
ventig gulden vrst en tachtig en een halve Cent„
ƒ 972. 25½
De obligatie ten laste van Perce, groot in kapitaal honderd pond
sterlings, rentende vyf percent, hiervoor op den staat onder Numero Vier
breeder vermeld en aldaar met byrekening van renten uitgetrokken,
ter somma van vyf honderd twee en tachtig gulden vyftig Cent ƒ 582. 50
En in gereed geld zynde een gedeelte van dat hiervoor op
den staat onder Numero Tien vermeld ter somma van drie
honderd negentig gulden vyf en dertig en een halve Centen
357
390
Tezamen wederom uitmakende het aan deze deelgereg
tigde toekomende ter somma van negen honderd twee en
zeventig gulden vyf en tachtig en een halve Cent ƒ 972
85.
Aan den afwezigen Heer Hendrik Meyer, vertegenwoordigd
door den Heer Comparant ten derde in voldoening van het aanhem
toekomende ter somma van negenhonderd twee en zeventig
gulden vyf en tachtig en een halve Cent
ƒ 972. 88
In gereed geld, zynde een gedeelte van dat hiervoor op den staat.
onder Numero Tien vermeld ter somma van negen honderd twee en
zeventig gulden vyf en tachtig en een halve Cent.
ƒ972. 85½
Aan de afwezige Mejuffrouw Anna Maria Lucia Meyer echt
genoote van den Heer Albert Gerbers schrok, vertegenwoordigd
door den Heer Comparant ten derde in voldoening aan het aanhoor
toekomende ter somma van negen honderd twee en zeventig gul„
den vyf en tachtig en een halve Cent.
ƒ972. 85.
Een gedeelte der schuldvordering ten laste van den Heer Albert
Gerbers schrok, hiervoor op den staat onder Numeroscht bree„
der vermeld en aldaar voor dit gedeelte uitgetrokken ter somma van
negen honderd twee en zeventig gulden vijf en tacttig en een halve Cent ƒ 972.85
En aan de minderjarigen Annetta Lucia Meyer- Pictor Johannes
Artonius Petrus Meyer- Johann Diederich Meyer- Wilhelm Fren
derik Meyer-Abraham Meyjer. Henrietta Gerardina Stepha„
nia Meyer en Louisa Theodora Meyer, vertegenwoordigd door den
Heer Comparant ten vierde, in voldoening van het aan ieder hunner
toekomende ter somma van negen honderd twee en zeventig gulden
vyf en tachtig en een halve Cent, makende te zamen eene som van
zes duizend acht honderd negen gulden acht en negentig
ƒ6809. 98
en een halve Cent
Een gedeelte van hetgeen aan de Juffrouwe Comparante den eerste te
veel wordt aanbedeeld, ter somma van negen honderd twee en zeventig
re
f
gulden vyf en tachtig en een halve Cent voor ieder, makende teza„
men eene som van Zes duizend acht honderd negen gulden acht
en negentig en een halve Cent
ƒ 6809. 98 ½
De Comparanten zoo in privé als qualiteit verklaren met bovenstaa
de scheiding en verdeeling van de gemeenschap van goederen bestaan heb„
bende tusschen den genoemden Heer Hendrik Meyer en zyne nagelate
ne Weduwe de Juffrouwe Comparante ten eerste, mitsgaders van de nala„
tenschap van eerstgemelden, volkomen vergenoegd en tevreden te zyn, het
geen ieder aanbedeeld is ilkander over en weder overtedragen en elkande
daarvoor over en weder kwyting te geven met belofte van vrywaring en onder
verband als noar rechten.—
En heb ik Notaris de voogdesse van de in deze vertegenwoordigde min
derjarigen oplettend gemaakt op het voorschrift der wet volgens hetwelk
te aan minderjarigen aanbedeelde gelden op geene andere wyzen mogen
worden belegd dan door den aankoop van Inschryvingen op het Grootboek
der Werkelyke schuld van dit Koningryk, van onroerende goederen of in
rente gevende schuldbrieven gehypothekeerd op vaste goederen, welker on„
bezwaarde waarde ten minste n derde boven de te beleggene som be„
draagt.
En verklaarde de Edel Achtbare Heer plaatsvervangend kanton„
rechter voornoemd, bovenstaande scheiding in verdeeling te hebben na
gezien en die scheiding goedtekeuren als zynde de blangen van de in
deze vertegenwoordigd wordende minderjarigen behoorlyk waarg
nomens.
De kosten op deze scheiding en verdeeling gevallen en nog te vallen zul„
len door de deel gerechtigden ieder naar rato van zyn aandeel worden ge„
dragen en betaald
Waarvan Akte
Aldus verleden te Haarlem voornoemd, in tegenwoordigheid van den Heer Ger„
rit Cornelis Merens, Candidaat Notaris en Jacobus van de Velde, zonder beroep,
beiden wonende te Haarlem, als getuigen, my Notaris bekend, die benevens de Com
paranten, den Edel Achtbaren Heer plaatsvervangend kantonrechter, en my Nota„
ris, de minute dezer, die in myne bewaring gebleven is, onmiddellyk na gedane
voorlezing hebben onderteekend
Wad H Meyer
B F. Meyer.
JPoolman
G Miije
F. D Kist.
Geerens.
J vande Velde
D: H: van Zutphen
Notaris.

108
18
N:o 2086.
Boedelscheiding.
Op heden den elfden April achttien honderd
vier enzeventig
Compareerden voor Dirk Hendrik van Zutphon, Notari
residerende te Haarlem, provincie Noord-Holland, in tegenwoor
digheid van den Edel Achtbaren Heer Frederik Lodewyk
Kist, plaatsvervangend Kantonrechter te Haarlem, en aldaar
woonachtig en in tegenwoordigheid der natenoemen getuigen
Mejuffrouw Maria van der Valk, winkelierster, wonende in
de Warmoesstraat te Haarlem, weduwe van den Heer Hendrik
Meyer, ten Eerste
Mejuftrouw Wilhelmina Frederika Meyer, meerderjarig, onge„
huwd en zonder beroep, wonende te Amsterdam ten tweede
De WelEerwaarde zeer geleerde Heer Wilhelm Rudolf Pool„
man, predikant by de Zuthersche gemeente te Haarlem en al„
daar woonachtig, in hoedanigheid van bewindvoerder voor de
afwezigen Hendrik Meyer, sergeant by het Oost Indiesche leger„
en de echtelieden Anna Maria Lucia Meyer en Albert Gorbers
schrok, telegrafist onder de tegenwoordige wetgevingen wettelyke
gemeenschap van goederen gehuwd, wier tegenwoordig verblyf on
bekend is en die zonder volmacht achter telaten naar Nederlandsch
Oost Indie vertrokken zyn, als zoodanig benoemd by beschikking van de
Arrondissements Rechtbank te Haarlem van den twintigsten Janu
ari achttien honderd vier en zeventig, op de expeditie geregistreerd, ten
derde.
En de Heer Gerrit Meyer, boekhouder, wonende te Arnhemd inko
danigheid van toezienden voogd over de minderjarige kinderen van
den Heer Hendrik Meyer voornoemd, by zyne nagelatene weduwe de Juf
frouwe Comparante ten eerste in huwelyk verwekt, genaamd Annet
ta Lucia Meyne Victor Johannes Antonius Petrus Meyer- Johann
Diederich Meyer. Wilhelm Frederik Meyer- Abraham Meyer.
Henrietta Gerardina Stephania Meyer en Louisa Theodora
Meyer, als zoodanig benoemd door den Heer kantonrechter te Hoa„
lem, blykens diens projesverbaal van den achtsten September acht
tien honderd drie en zeventig, geregistreerd, ten deze verschynende
ingevolge Artikel 427 van het Burgerlyk Wetboek, vermits de belan„
gen van genoemde minderjarigen met die van hunne moeder en wel
tige voogdesse, de Juffrouwe Comparante ten eerste, in tweestryd zyn,
5
ten vierde. —
De Comparanten zyn my Notaris bekend
Te kennen gevende.
Dat genoemde Heer Hendrik Meyer, in leven winkelier in garen
in bond, gewoond hebbende te Haarlem, aldaar op den tweeden Septer
ber achttien honderd drie en zeventig is overleden.
Dat de Heer erflater met zyne nagelatene weduwe de Juffrouwe /on
parante ten eerste onder de tegenwoordige wetgeving in wettelyke ge„
meenschap van goederen is gehuwd en haar by zyn testament op den
een en twintigsten Mei achttien honderd drie en zeventig verleden
ten overstaan van my Notaris integenwoordigheid van getuigen te
Haarlem na zyn overlyden geregistreerd, heeft benoemd tot zyne erf„

¶ pryscourant
Goedgekeurd in de
plaats van eén woord
doorgehaald op den vyf
den regel van onderch
van deze bladzide.
M V d K
W.C.M.
KV.
G M
G. L. K
4.
„
Pet
J
Numero Een.
Numero Twee.
Numero Drie.
Numero
Vier.
gename voor het beschikbare gedeelte zyner nala„
tenschap.
Dat hy tot zyne eenige erfgenamen uit krachte
der wet heeft nagelaten zyne tien kinderen te weten.
Mejuffrouw Wilhelmina Frederika Meyer, de Juffrou„
we Comparante ten tweede; de afwezigen Hendrik Meyer en Anna
Maria Lucia Meyer, vertegenwoordigd door den Heer Comparant te
derde en dezeven hiervoorvermelde minderjarigen, vertegenwoor„
digd door den Heer Comparant ten vierde, by zyne nagelatene weduwe
in huwelyk verwekt, en vermits de Heer erflater geene meerdere kind
of kinderen of afkomelingen van vooroverledene kind of kinderen heeft
nagelaten, alzoo ieder gerechtigd tot een tiende in drie vierde gedeel
ten of drie veertigste gedeelten zyner nalatenschap.
Dat de gemeenschap van goederen bestaan hebbende tusschen den
Heer erflater en zyne nagelatene Weduwe de juffrouwe Comparan„
te ten eerste, mitsgaders de nalatenschap van eerstgemelde is beschre
ven geworden, blykens procesverbaal daarvan opgemaakt door mi
Notaris integenwoordigheid van getuigen te Haarlem den dertigsten
December achttien honderd drie en zeventig, geregistreerd.-
Dat ingevolge de bepalingen der wet van de nalatenschap van den
leer erflater eene memorie van aangifte voor het recht van successie
en van overgang is ingeleverd.
Dat de Comparanten winschen over tegaan tot scheiding en verdeeling van
te voormelde gemeenschap van goederen en nalatenschap en ten dien einde
aan my Notaris hebben opgegeven dat de gemeenschap van goederen, die
tusschen den Heer erflater en zyne nagelatene weduwe bestaan heeft, be„
staat in het navolgende, waaromtrent moet worden opgemerkt ten wiste
dat de openbare schuldbrieven zyn gewaardeerd volgens de pryssourant
voor de effecten, ter regeling van het recht van successie en van overgang
opgemaakt en uitgegeven den negenden Maart dezes jaars en geplaatst
in het byvoegsel tot de Nederlandsche Staatscourant van den vyftien
den en Zestienden Maart dezes jaars en ten tweede dat de renten dier
affecten sedert den laatsten verschijndog in deze scheiding zullen worden
by gerekend tot en met den vyftienden Maart dezes jaars.
1
Staat.
Huisraad, meubelen en inboedel Enzoovoorti, by de bovengemel„
de boedelbeschryving breeder omschreven en aldaar gewaardeerd op eene som
919 50
van negenhonderd negentien gulden vyftig Cent.—
Gemaakt goud en zilverwerk Enzoovoorts by de boven
gemelde boedelbeschryving breeder omschreven en aldaar
gewaardeerd op eene som van een honderd drie en veer„
—
143
tig gulden.
De winkelgoederen, koopmanschappen, Enzoovoorts,
volgens de meergemelde boedelbeschryving gewaar„
deerd op eene som van zestien duizend negen honderd
14½
16971.
een en zeventig gulden veertien en een halve Cent
Een obligatie ten laste van Peru, leening van den jare
achttien honderd twee en zeventig, groot in kapitaal hon„
derd pond sterlings, rentende vyf percent, Numero
67250. Serie D. volgens bovengemelde ladelbeschryving
gewaardeerd op zeven en veertig en een half percent
en dus eene som van vyf honderd zeventig gulden ƒ 570. —
„
Met twee maanden vyftien dagen onterest sedert
den eersten Januari dezes jaars tot en met den
5.70. - ƒ18033. 84½
Transporteren
Numero Vyf.
Jse
d
Numero Zes
Numero Zeven
Numero Acht
Numero Negen
Numero Tien.
Per Transport ƒ570
i
vyftienden Maart dezes jaars ter somma van
twaalf gulden vyftig Cent.
12. 50.
Tezamen uitmakende eene som van vyfhonderd twee en
tachtig gulden vyftig Cent.
Twee obligatien ten laste van Spanje, buitenlandsche schuld,
centende drie percent, waarvan een groot in kapitaal vyf
honderd tien pond sterlings of zes duizend gulden Neder„
landsch Courant, Serie E Numero 6441. van den jare acht„
tien honderd een en zeventig en een groot in kapitaal hon„
derd zeventig pond sterlings of twee duizend gulden Ne„
derlandsch sourant, Scrie J. Numero 14067. van den jare
achttien honderd negen en zestig met inbegrip der ver„
schenen Coupons gewaardeerd volgens bovengemelde pryssou
rant opachttien en een half percent en dus eene som van
veertien honderd tachtig gulden.
Een Weener Aandeel van den jare achttien honderd vier
en vyftig groot twee honderd vyftig florynen, rentende
vier percent serie 1635, gewirn numero 12. volgens bovenge
melde prys courant met inbegrip van rente gewaardeerd
op twee honderd acht en zestig gulden. —
Twee bewyzen van aandeel in de geldleening ten laste van
de Societeit, de Kroon" te Haarlem, staande ten name von
den Heer erflater, ieder groot in kapitaal honderd gulden,
rentende vyf percent, Numero's 21 en 22, door de Comparan„
ten met onderling goedvinden gewaardeerd op vyf en twintig
ƒ 50. —
persont en dus eene som van vijftig gulden.
—
Met twee maanden vyftien dagen interest pdart
den eersten Januari dezes jaars tot den vyftienden
Maart dezes jaars ter somma van twee gulden acht
cent.
08.
2.
Gezomerd uitmakende eene som van twee en vyftig gul„
100
52
den acht Cent.
Een schuldvordering ten laste van den Heer Albert Ger„
bers schrok, te legrafist zich bevindende in Nederlandsch
Oost Indié, gehuwd met Mejuffrouw Anna Maria Lucia
Meyer, dochter van den Heer erflater, per resto groot in ka
bitaal drie duizend negen honderd vyftien gulden negen
en zestig Cent, dus eene som van drie duizend negen honderd
6y
3905
vyftien gulden negen en Zestig Cent
Eenige vorderingen, ten laste van diverse personen ter
258
04.
Somma van twee honderd acht en vyftig gulden vier Cent
In gereed geld, volgens tusschen partijen plaats gehad
hebbende verrekening eene som van drie duizend drie
honderd een en dertig gulden twee en dertigen een
3331.32
—
halve Cent.
Tezamen uitmakende de gemeenschap van goederen,
die tusschen den Heer erflater en zyne nagelatene wedu
we heeft bestaan ter somma van Zeven en twintig duizend
28
negen honderd een en twintig gulden acht en twintig Cent ƒ27921
Waarvan moet worden afgetrokken, hetgeen de gemeenschep
van goederen nog aan diverse personen verschuldigd is ter
10
1531
somma van vyftien honderd drie en dertig gulden tien Cent
zoodat de meergemelde gemeenschap van goederen
—
_
88
18033. 64½
50
582
1480
268

J de afwezige
Goedgekeurd in de plaats
van twee woorden door
gehaald op den acht en
twintigsten zegel van
deze bladzyde.
M V d a
P.V.M.
Mt.
E 4
A. L K
—
G.
J Vdle
PG
zuiver, bedraagt eene som van zes en twintig duizend
26382 18
drie honderd acht en tachtig gulden achttien Cent.
Waarvan de helft uitmaakt, de nalatenschap om
den Heer erflater ter somma van dertien duizend een hon
derd vier en negentig gulden negencent
09
13194
Hiervan moeten worden afgetrokken de begrafenishooff„
van den Heer erflater, bedragende volgens de boedelbe„
schryving voormeld eene som van twee honderd twee en
222
ƒ
twintig gulden negen en zestig Cent.
zoo dat de nalatenschap van den Heer erflater zuiver
bedraagt eene som van twaalf duizend negenhonderd
40
ƒ1297.
een en zeventig gulden veertig Cent.
Waarin toekomt.
Aan Mejuffrouw Maria van der Valk, weduwe van den Heer erf
later, de Juffrouwe Comparante ten eerste, uit krachte van het bovenge„
melde testament aan den Heer erflater, een vierde gedeelte ter somma van
3242. 85
drie duizend twee honderd twee en veertig gulden vyf en tachtig Cent
Aan Mejuffrouw Wilhelmina Frederika Meyer de Juf
frouwe Comparante ten tweede, als erfgename uit krachte der
vet van haren genoemden vader, een tiende in drie vierde of drie
veertigste gedeelten, ter somma van negen honderd twee en ze„
357
972.
ventig gulden vyf en tachtig en een halve Cents
Aan den afwezigen Heer Hendrik Meyer, vertegenwoordigd
door den Heer Comparant ten derde, als erfgenaam uit krach
te der wet van zynen genoemden vader een tiende in drie vierde
of drie veertigste gedeelten, ter somma van negen honderd twee en ze„
857
972
„
ventig gulden, vyf en tachtig en een halve Cent.
Aan ¶Herwirigen Mejuffrouw Anna Maria Lucia Meyer
echtgtnoote van den Heer Albert Gerbers Schrok, vertegenwoor
rigd door den Heer Comparant ten derde, als erfgename uit
krachte der wet van haren genoemden vader een tiende in
drie vierde of drie veertigste gedeelten ter somma van negen
honderd twee en zeventig gulden vyf en tachtig en een halve
85.
972.
Cent.
En aan de minderjarigen Annetta Lucia Meyer. Victor Jo„
hannes Antonius Petrus Meyer- Johann Diederich Meyer, Wil
helm Frederik Meyer-Abraham Meyjer, Henrietta Gerar
dina Stephania Meyer en Louisa Theodora Meyer, vertegenwoor
digd door den Heer Comparant ten vierde, als erfgenamen uit krach
te der wet van hunnen genoemden vader ieder een tiende in drie
vierde of drie veertigste gedeelten ter somma van negen hon„
derd twee en zeventig gulden vyf en tachtig en een halve Cent
makende te zamen eene som van Zes duizend acht honderd
98
6809
negen gulden acht en negentig en een halve Cent.
Tezamerd wederom uitmakende de nalatenschap van
den Heer erflater ter somma van twaalf duizend negen hon„
40
12971.
derd een en zeventig gulden veertig Cent
En alsnu tot de scheiding en verdeeling zelve overgaande wordt by
deze aanbedeeld:
Aan Mejuffrouw Maria van der Valk, weduwe van
den Heer Hendrik Meyer, de Juffrouwe Comparante ten eer
ste, in voldoening van het aan haar toekomende
Eerstelyk, haar aandeel in de gemeenschap van goederen tusschen
haar en haren overleden echtgenoot den Heer erflater bestaan hebben
de ter somma van dertien duizend een honderd vier en negentig
13194. 09
gulden negen cent.
En ten tweede, het door den Heer erflater krachtens zecn
voorschreven testament besproken een vierde gedeelte
zyner nalatenschap ter somma van drie duizend twee
85.
3242
honderd twee en veertig gulden vyf en tachtig Cent.
Tezamen uitmakende eene som van zestien duizend
ƒ16436. 94:
vier honderd zes en dertig gulden vier en negentig Cent.
Het Huisraad, de meubelen en inboedel Enzoovoorts, haervoor op den
somma
staat onder Numero Een vermeld en aldaar uitgetrokken ten
919.50
ven negen honderd negentien gulden vijftig Cent.
Het gemaakt goud en Zilverwerk Enzoovoorts, hiervoor
op den staat onder Numero Twee vermeld en aldaar uitge
trokken ter somma van honderd drie en veertig gulden
143. en
De Winkelgoederen, koopmanschappen Enzoovoorts, hier
voor op den staat onder Numero Drie vermeld en aldaar uit
getrokken ter somma van zestien duizend negen honderd een
16971. 14½
en zeventig gulden veertien en een halve Cent.
De twee Obligatien ten laste van spanje, buitenlandsche leening,
waarvan een groot in kapitaal vyfhonderd tien pond sterling
en een groot in kapitaal honderd zeventig pond storlings, hiervoor
op den staat onder Numero Vyf breeder vermeld en aldaar uit
getrokken ter somma van veertien honderd tachtig gulden.
—
1480.
_„o
Het Weener Aandeel van den jare achttien honderd vier en
vyftig, groot twee honderd vyftig, slorynen, centende vier percent,
hiervoor op den staat onder Numero Zes breeder vermeld en aldaar
uitgetrokken ter somma van twee honderd acht en zestig gulden
268. —
De twee bewyzen van aandeel in de geldleening ten laste van
de societeit, de Kroon te Haarlem, ieder groot in kapitaal hon
derd gulden, rentende vyf percent, hiervoor op den staat onder
Numero Zeven breeder vermelden aldaar met byrekening van
renten uitgetrokken ter somma van twee en vyftig gulden
acht Cent
52.02
Een gedeelte der schuldvordering ten laste van den Heer
Albert Gerbers Schrok, telegrafist, zch bevindende in Ne
derlandsch Oost Indie hiervoor op den staat onder Numero
Acht breeder vermeld en voor dit gedeelte aldaar uitgetrok
ken ter somma van twee duizend negen honderd twee en veer
tig gulden drie en tachtig en een halve Cent.-
2942.83
De vorderingen ten laate van diverse personen hiervoor op
den staat onder Numero Negen vermeld en aldaar uitgetrok
ken ter somma van twee honderd acht en vyftig gulden
W
vier Cent.
258. 04
En en gereed geld, zynde een gedeelte van dat hiervóor of
den staat onder Numero tien vermeld ter somma van
negentien honderd acht en zestig gulden elf en een
halve Cent
1968.11
Tezamen uitmakende eene som van vyf en twin„
tig duizend twee gulden een en zeventig en een

In den zesden regel één
woord doorgehaald en daarvan
in de plaats te lezen het ééne woord
Annetta
A ZMe.
CT.
17.
J R B
SR
E
De Eerste Grosse is uit
gegeven ten verzoeke van
genoemde vrouwe Dorsthea
Christina Boon ten beloeve
harer drie genoemde minderja
rige kinderen als schuldischer
op zeven den vyftienden fas
nuari achttien honderd
negen en tachtig
Ikp.
N„o 6
Hijpotheek.
1889.
Heden den dertienden Januari achttien hon„
derd negen en tachtig
Verscheen voor mij Andries Jacob Kluppel Notaris te
Haarlem in tegenwoordigheid van de na te noemen mij bekende
getuigen.
Mejuffrouw, Anna Lucia Meyer weduwe den heer Ger
brand Siebrand Hendriks, winkelierster wonende te
Apeldoorn.
Die verklaarde onder beding van hijpotheek op den eersten Januari
dezes jaars ter leen te hebben ontvangen van en alzoo wel en deugde
lijk schuldig te zijn eene som van Tienduizend gulden aan: 1 Chris
tina Elisabeth Visser, 2 Mauritia Francina Visser en 3. Martinus Jacob Vis
ser, minderjarige kinderen van wijlen den heer Simon Visser en diens
weduwe Vrouwe Dorothea Christina Boon thans echtgenoote van
den heer Cornelis Spoelder, zonder beroep, beiden wonende te Haarlem
voor welke minderjarigen deze schuldbekentenis met natemelden
onderzetting onder de voorwaarden en bepaling en hierna omschreven
wordt aangenomen door den genoemden ten dez mede verschenen
heer Cornelis Spoelder zoo voor zich in hoedanigheid van medevoogd
als volgens zijne verklaring in betrekking van mondelinge last hebbe
zijne voornoemde door hem bijgestane echtgenoote Doro thea Christina
Boon in hare hoedanigheid van voogdes, beiden dier minderjarigen.
De comparanten verklaarden dat gemeld kapitaal van Tien duizend gul
den, behoudens hierna te melden redenen niet kan worden opgeëischt en
niet mag worden afgelost vóor den eersten Januari achttien honderd
vier en negentig doch daarna ten allen tijde mits in ieder geval el
Kander drie maanden vooraf waarschaeende
En verbindt zich de schuldenaresse verder, om van gemelde hoofdsom
renten te betalen gerekend tegen vier en een half procent in het jaar
welke renten die gerekend zullen worden van den eersten Januari
dezes jaars af. door haar zullen moeten worden voldaan op den
eersten Januari en den eersten Juli van ieder jaar voor het eerst op
den eersten Juli dezes jaars
Al welke betalingen zoo van hoofdsom als renten zullen moeten ge
schieden aan handen en ten woonhuize van de voogdes of van den
voogd der minderjarigen dan wel iederen anderen wettigen hou
der van de grosse dezer akte zonder eenige korting of schuld.
vergelijking hoe ook genaamd en met vergoeding van op die betalin
vllende onkosten. —
of meerdere zekerheid en waarborg voor de behoorlijke terug gave van g
melde hoofdsom en voor de voldoening der bedongen renten en eventueel
te maken kosten verklaart de schuldenaresse by deze ten behoeve van de
Schuldeischers speciaal te verbinden en eene eerste hijpotheek te
verleenen op:
Het huis en erf met tuin en daarbij gelegen grond aan de Dorps
tract te Apeldoorn bij het kadaster dies gemeente bekend in sectie
K nummer 2255 als huis en erf groot vier aren zeventien centiaren

zoo als dat gedeelte van
het overige gedeelte, plaatsen
lijk geteekend nummer6, kan
worden afgescheiden door het
doen dicht metselen der drie deur„
openingen, waarvan een somma
nicatie geeft tisschen de beide
wink els, de tweede deur zich
bevindende in het goengetje
tegenover de plaats, beiden
van het huis nummer 8 en de
derde deur op den overloof
boven van dit huis, waardoor
men in een portaaltje van
het huis nummer 6 kant.
zie slot
Het eerste Afschrift is uitgege„
ven den 16 November 1889
12
No 145
Testament.
1889:
Heden den twaalfden November achttien honderd
negen en tachtig
verscheen voor my, Andries Jacob Kluppel, notaris te
Haarlem, in tegenwoordigheid der na te noemen mij bekende
getuigen:
Mejuffrouw Maria van der Valk, zonder beroep, weduwe van den
heer Hendrik Meyer, wonende te Haarlem, aan de Warmoesstraat,
nummer 8 mij Notaris bekend.
Die verklaarde bij openbare akte haren uitersten wil te willen maken, waar„
toe zij testatrice van dien haren uitersten wil vooraf aan mij Notaris opga„
ve heeft gedaan, tengevolge waarvan ik Notaris dien wil, zoo als die zake
lijk aan mij Notaris door de testatrice is opgegeven, heb doen schrijven, als
volgt:
Ik Maria van der Valk herroep uitdrukkelijk alle voegere door my
„gemaakte uiterste wilsbeschikkingen en verdere akten ter zake des doods.
„ Ik legateer:
„ 1. aan mijne dochter Hemiëtta Gerardina Hephania Meyer, zonder be„
„roep, wonende te Haarlem, zoo zij bij mijn overlijden nog ongehuwd is,
eene som van drie duizend gulden, contant geld;
„zaan mijn petekind Maria Hendriks, geboren uit het huwelijk van
„mijne dochter Annetta Lucia Meyer, met nu wijlen den heer Gerbrand
„Siebrand Hendriks, wonende te Apeldoorn eene som van vijf honderd
0
gulden, contant geld;
beide deze legaten uit te keeren binnen zes maanden na mijn overlijden,
zonder bijberekening van renten en vrij van de rechten van successie en der
kosten op de afgifte vallende.
„3. Aan mijnen zoon Victor Johannes Antonius Petrus Meyer, koopman en
winkelier, wonende te Haarlem,
Het winkelhuis, plaatselijk geteekend nummer 8, met erf, aan de west.
zijde van de Warmoesstraat, te Haarlem, bij het kadaster dier gemeente
deel uitmakende van het kadastrale perceel sectie D. nommer 5713,
als huis en erf, voor het geheel groot een are zeven en veertig centiaren,
onder bepaling om aan mijne gezamenlijke erfgenamen voor dit legaat de
waarde daarvan uit te keeren, te bepalen door drie deskundigen.
Alvorens tot de benoeming van deskundigen over te gaan zal mijn zoon Victor
Johannes Antonius Petrus Meyer binnen twee maanden na mijn overlijden
bij authentieke akte moeten verklaren of hij van dit hem besproken legaat
indien hem de te schatten waarde aannemelijk zal voorkomen, wenscht ge„
bruik te maken, terwijl indien hij zich binnen dien tijd niet verklaart, hij
geacht zal worden daarvan geen gebruik te willen maken.
Indien die verklaring eventueel is uitgebracht, als dan zal door of namens een
„ of meer mijner erfgenamen, dan wel door den uitvoerder mijner uiterste wilsbe„
„schikkingen, binnen veertien dagen na het uitbrangen dier verklaring, aan den
„ kantonrechter te Haarlem worden verzocht drie deskundigen te willen be„

Ingeschreven
De eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van Heeren Direc„
teuren der Nalatenschap van wijlen Pieter Peijler van der
Hulst. (te Haarlem:/ schuldeischers in deze tot een bedragvan
twintig duizend gulden, op heden den negentienden
November, achttien honderd negentig
JK
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van het Weeshuis der
Vereenigde Doopsgezinde Gemeente te Haarlem, Schuldeischer
in deze, tot een bedrag van twintig duizend gulden, op heden
den negentienden November achttien honderdnegentig-
„.
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van Vrouwe Ag„
nesse Petronella Wijnands, weduwe den heer Abraham Lodewijk
Dijserinck, Schuldeischeresse in deze, tot een bedrag van tien
duizend gulden, op heden den negentienden November acht.
tien honderd negentig.
Ip
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van Mevrouw Johanna Elisa„
beth Hendrica Christina van Gennep, weduwe den Hoog Geleerden Heer Profes„
sor Dokter Johannes van Vloten, zonder beroep, schuldeischeresse in deze tot
een bedrag van tien duizend gulden, op heden den negentienden November
achttien honderd negentig
Ph
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van den heer Martinus Nicslaar
Bohn, Schuldeischer in deze tot een bedrag van veertien duizend gulden
op heden den negentienden November, achttien honderd negentig,
R.
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van Mevrouw Maria Elisabeth Oede„
kerk, weduwe den heer Ambrosuus Root, Schuldeischeresse in deze tot een bedrag
van zeven duizend gulden, op heden den negentienden November, achttien hon„
derd negentig.
Pf.
De Eerste Grosse is uitgegeven ten verzoeke van den heer Christiaan Muller.
schuldeischer in deze tot een bedrag van vier duizend gulden, op heden
den negentienden November, achttien honderd negentig
22
te Haarlem 10 October 1890 deel 94 N 104 ƒ130.23.
Het eerste afschrift is
uitgegeven den 13 October
1890.
143
1890.
N=o 121
Testament.
Heden den elfden October achttien honderd
negentig,
verscheen voor mij, Andries Jacob Kluppel
notaris te Haarlem, in tegenwoordigheid der na
te noemen mij bekende getuigen
Mejuffrouw Maria van der Palk, zonder beroep, we„
duwe van den heer Hendrik Meyer, wonende te Haarlem,
aan de Warmoesstraat, nummer 8, mij Notaris bekend
Die verklaarde bij openbare akte haren uitersten wil te wil„
ten maken, waartoe zij testatrice, van dien haren uitersten
wil vooraf aan mij Notaris opgave heeft gedaan, tenge„
volge waarvan ik Notaris dien wil, zoo als die zakelijk aan
mij Notaris door de testatrice is opgegeven, heb doen schrij„
ven, als volgt:
Ik Maria van der Valk, herroep uitdrukkelijk alle vroe„
„gere door mij gemaakte uiterste wilsbeschikkingen
„en verdere akten ter zake des doods.
„ Ik legateer, om binnen zes maanden na mijn overlijden
„ vrij van alle rechten van successie en der kosten op de af„
„gifte vallende, zonder bijberekening van renten, te worden
„afgegeven:
„1. aan mijne dochter Henriëtta Gerardina Stephania
Meyer, zonder beroep, wonende te Haarlem, zoo zij bij mijn
„ overlijden nog ongehuwd is, eene som van drie duizend
„ gulden, contant geld.
2. Aan mijn petekind Maria Hendriks, geboren uit het
„ huwelijk van mijne dochter Annetta Lucia Meyer, met
„ nu wijlen den heer Gerbrand Siebrand Hendriks, wo„
„nende te Apeldoorn, eene som van vijf honderd gulden
„ contant geld.
„ Ik benoem tot beredderaar van mijn boedel en mijne na„
„latenschap en uitvoerder mijner uit erste wilsbeschikkin„
„gen, den heer Abraham van der Linden, Makelaar, wo
„nende te Haarlem, en zulks met alle macht, last en
gezag, als aan uitvoerders van uiterste willen volgens
de wet kan en mag worden verleend, inzonderheid het
recht van bezitneming mijner gansche nalatenschap tot
aan de scheiding daarvan, hem als dan voor zijne moeite
„en zorgen in die betrekking te hebben en te besteden, toeken„
„nende, in plaats van het wettelijk loon, eene som van
twee honderd gulden, contant geld, vrij van successie
„recht, indien verschuldigd.